De Achtste Hoofdzonde
Was ik niet je Lichtbrenger, de schoonste aan je hof?
Was ik niet je Lichtbrenger, de schoonste aan je hof?
Tussen grijs graniet
Weet je nog, toen ik jou ontmoette
Mijn lief, zie je de stille tranen in mijn ogen, heet en zout?
Wees maar niet bangals je vleugels verbrandendoor het vuur dat vloeitvan mijn hart naar mijn handenWees maar niet bangals je nooit meer zal zwevenals je verliesthet eeuwige levenWant mijn liefIk zal je vleugels begravenen de boom die zal groeienzal ik verzorgentot zij eeuwig zal bloeienJe zag af van de hemel